Wat is dat? Encyclopedie voor jongeren

P.J.F.H. van de Rivière, R. de Ruyter-van der Feer (1928, 1930 en 1938)

Gepubliceerd op 09-08-2019

Aanfluiting

betekenis & definitie

Oorspronkelijk een bijbelse uitdrukking', die betekent: een voorwerp van hoon en spot. (Ik zal hem maken tot een aanfluiting onder alle volken).

Het fluiten was al vanouds een teken, dat men iemand wilde bespotten of voor den gek houden, evenals het z.g. „uitsliepen”. Denk maar eens aan het uitfluiten: het fluiten op sleutels e.d. in den schouwburg, als een stuk de mensen niet bevalt.

In "vroeger tijden kwam dit veel meer voor dan tegenwoordig.' Men had toen dikwijls hele clubjes in den schouwburg zitten, die van tevoren hadden afgesproken de opvoering van een stuk door fluiten onmogelijk te maken en als tegenmaatregel verzekerde het toneelgezelschap, dat zo’n nieuw stuk ging vertonen, zich van tevoren al van de medewerking van een troepje geestverwanten of soms betaalde krachten, die beloofden in ieder geval hard te zullen klappen, om het succes van het stuk te verhogen. Zo’n troepje klappers heette de „claque”.

In ons land is de fluiterij nooit zo algemeen geweest als in de Zuidelijker landen, waar, naar men algemeen beweert, de mensen meer opgewonden van temperament zijn en dus meer behoefte hebben om bij iedere gelegenheid van hun goed- of afkeuring blijk te geven.

< >