nog bestaand adellijk geslacht van Milaan, welks glansperiode in de 16de eeuw valt. Van de leden noemen wij:
Gian Giacomo T., de Groote, geb. 1436, overl. 1518, werd 1483 door Ludovico Moro verbannen, streed vervolgens voor Ferdinand II van Napels tegen Karel VIII van Frankrijk, ging 1495 in franschen dienst over, verjoeg 1499 Ludovico Moro uit Boven-Italië, waar hij verder nog tot 1513 voor Frankrijk streed.
Zijn neef Tëodoro T., geb. 1456, overl. 1532, met wien hij 1495 tot Karel VIII overging, onderscheidde zich eveneens in franschen en venetiaansehen dienst in Boven-Italië, werd 1525 tot stadhouder van Milaan, 1526 tot maarschalk van Frankrijk benoemd en verdedigde 1528 Genua tegen Andrea Doria; hij overleed als gouverneur van Lyon.
Gian Giacomo Teodoro T., geb. 1597, overl. 1657, diende eerst in het spaansche leger, doch werd 1629 kardinaal, keerde 1641 naar Spanje terug, werd 1643 stadhouder van Aragon, 1647 van Sicilië, en 1648 van Sardinië en overleed als gouverneur van Lombardije.
Gian Giacomo T., geb. 1774, overl. 1831. verzamelde kunstschatten en boeken en gaf Dante’s Convito en Vita Nuova uit.
