Gepubliceerd op 18-03-2021

Rutaceeën

betekenis & definitie

Rutaceae, Ruitachtige planten, dicotyle plantenfamilie van de orde der Geranialen; overblijvende kruiden of heesters met afwisselende of tegenovergestelde, gave of ingesnedene, doorschijnend gestippelde bladen, bloemen alleenstaande, in de oksels der bladen gezeten of tot eindelingsche bijsebermen vereenigd, dikwerf onregelmatig; meeldraden 4—5 of 5—10 in aantal; vruchtbeginsel aan zijn voet van een klierachtige schijf omgeven, uit 3—5 min of meer met elkander vergroeide vruchtbladen bestaande; stijlen van onder dikwijls vrij en naar boven met elkander vergroeid; stempel knopvormig, dikwerf gelobd; vrucht: een leerachtige, uit 2—'5 kluisjes bestaande, doosvrucht, die met kleppen openspringt; zaden ten getale van een of eenige weinigen in de hokjes verborgen, meest van kiem wit voorzien, kiem recht of gekromd. Deze familie, die vooral in de warme landen sterk vertegenwoordigd is, onderscheidt zich door aromatieke eigenschappen; vele soorten bevatten in tallooze kliertjes aanzienlijke hoeveelheden vluchtige oliën.

< >