Gepubliceerd op 20-01-2021

Peter burman

betekenis & definitie

geb. 6 Juli 1668 te Utrecht, studeerde aldaar en te Leiden in de rechten, bereisde Duitschland en Zwitserland, vestigde zich vervolgens als practiseerend advocaat in zijn geboorteplaats, zette tevens zijn reeds in zijn jeugd aangevangen oudheidkundige studiën voort, werd in 1696 hoogleeraar in geschiedenis en welsprekendheid, later in de grieksche taal en staatswetenschap te Utrecht, ging in 1715 als hoogleeraar in geschiedenis, welsprekendheid en grieksche taal naar Leiden, en stierf 31 Mrt. 1741; hij gaf als hoogleeraar ongeveer elk jaar eenig klassiek werk met aanmerkingen, voorrede, latijnsche verzen enz. in het licht; voornamelijk bestudeerde hij Vellejus, Quintilianus, Valerius, Placcus, Phaedrus, Óvidius (4 dln. Amst. 1727), Lucanus; hij schreef voorts De vectigalibus popidi Rornani (I?tr. 1694) enSylloge epistolarum (5 dln, 1727), een belangrijk literair-geschiedkundig werk.

< >