Gepubliceerd op 23-02-2021

Matthijs jacobus koenen

betekenis & definitie

geb. 1847 te Zutphen, sedert 1880 leeraar aan de rijkskweekschool en aan de normaallessen te Maastricht; was 1885—98 mede-redacteur van „De Schoolwereld”, richtte in 1877 „Het Zuiden” op (sinds 1879 „School en Studie” geheeten), schreef verschillende taalboekjes voor de lagere school, handleidingen bij de taalstudie voor onderwijs, een Verklarend Handwoordenboek der Nederl. taal, een Practische taalstudie (3 dln.), Practische stijlleer, bloemlezingen enz.

< >