Ned. muzikus, geb. 2 Dec. 1852 te ’s-Hertogenbosch, bekwaamde zich onder leiding van zijn vader en oudere broeders in viool-, piano- en orgelspel, kreeg van Richard Hol onderricht in compositie, was van 1879—81 organist-directeur van de St.-Jozefskerk in zijn geboorteplaats, werd in 1874 leeraar aan de muziekschool en in 1877 aan de rijkskweekschool voor onderwijzers te Nijmegen, zag zich in 1881 tot directeur van het Sint-Catharinakoor aldaar benoemd, richtte in 1882 met zijn jongeren broeder, Martinus J, B. (zie deze) te ’s-Hertogenbosch een school voor pianospel op, aanvaardde in 1884 de betrekking van directeur eenergemengdezangvereeniging, trad in verschillende concerten als violist op, en werd eindelijk directeur van de muziekschool te Nijmegen; behalve deze betrekking neemt hij nog allerlei andere functiën waar, als het directeurschap van de mannenzangvereeniging „Aurora”, waarmee hij in Nov. 1897 op het concours te Amsteidam een eersten prijs behaalde, enz. Onder zijn in druk verschenen composities bevinden zich liederen, kamermuziekwerken, een foestmarsch, koorwerken.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk