aldus noemt men de in Japan, Perzië, Indië en China vervaardigde, met een kleurigen lakgrond bedekte en met goud versierde voorwerpen van pronk, als tafelbladen, étagères, kastjes, étuis enz. De techniek v/h jap. en chin.
L. is thans nauwkeurig bekend; de voorwerpen bestaan uit taai hout, de oppervlakte wordt glad gemaakt, met meerdere lagen lak bedekt, dan gepolijst en gegrondeerd; vervolgens worden de teekeningen er opgebracht. Literatuur: Gonse, L’art japonaïs (Par. 1883).