Karl franz otto dziatzko

betekenis & definitie

Duitsch schrijver, geb. 27 Jan. 1832 te Neustadt in Opper Silezië, studeerde te Breslau en Bonn klassische philologie, werd in 1865 hoogleeraar van'het lyceum te Luzern, bekleedde allerlei andere betrekkingen bij het hooger onderwijs en als bibliothekaris, en werd in 1886 hoogleeraar in de bibliotheek-hulpwetenschappen en opperbibliothekaris te Göttingen. Hij gaf in het licht : Beiträge zur Gutenberg frage ; verder Gutenbergs früheste Druckerpraxis ; Entwicklung und gegenwärtiger Stand der wissenschaftlichen Bibliotheken Deutschlands en Beitrage zur Kenntnis des Schrift-, Buch- und Bibliothekwesens (nr. 2, 4, 5, 6, 8, 10, 11 en 13 van zijn : Sammlung bibliotheksivissenschaftlicher Arbeiten, (Berlijn 1889—1900), voor*s Untersuchungen über ausgewählte Kapitel des antiken Buchivesens (Leipzig 1900) enz.