(graaf) poolsch generaal, geb. omstreeks 1770, werd gedurende de veldtochten tegen de Franschen tot generaal bevorderd en was een der oudsten van dien rang toen in 1830 de opstand te Warschau uitbrak. Niettegenstaande hij er veel moeite toe aanwendde, mocht het hem niet gelukken als opperbevelhebber gekozen te worden, welke betrekking aan Skrzynecki ten deel viel, terwijl K. tot generaal der infanterie benoemd werd.
Daar Skrzynecki zijn persoonlijke vijand was, kon hij niet bij het leger blijven en werd daarom als gouverneur-generaal van Warschau aangesteld. Naarmate het aanzien van den opperbevelhebber daalde, zag K. zijn invloed toenemen, zoodat hij in 1831, ofschoon velen hem wantrouwden, tot president der regeering gekozen werd. Toen Paskewitsch Warschau aangreep, teekende hij, na een gesprek met dien veldheer, onmiddellijk de akte van onderwerping en gaf zich zelf aan den overwinnaar over, die hem naar het binnenland van Rusland deed brengen. Later werd het hem toegestaan naar Polen terug te keeren, waar hij in 1850 te Warschau overleed.
