Gepubliceerd op 14-03-2021

Hans witdoek

betekenis & definitie

nederl. kopergraveur, geb. 1615 te Antwerpen, werd in 1630 leerling van Vorsterman, en trad in 1635 in dienst van Rubens, van wien hij een aantal werken graveerde, o. a.: St. Ildefonsus-altaar, Christus in ’t graf, Abraham en Melchisedech, de Kruisverheffing en Maria’s hemelvaart.

< >