De kleinste der egyptische oasen in de Lybische woestijn, 8—10 dagreizen westelijk van Sioet, in het dal van den Nijl, ligt 76 meter boven het vlak der zee, ineen slechts op het zuiden open, door steile randen van nummulitenkalk omgeven dal met een kalkrijken kleibodem, die hier en daar met kvvartszand bedekt is. De waterrijkste der talrijke, een weelderige vegetatie te voorschijn roepende bronnen, ten z. van het plaatsje
F., heeft een temperatuur van + 26°. Volgens Beadnell telde F. in 1897 een bevolking van 542 zielen. De egyptische regeering is hier door geenerlei bestuurslichaam ais anderszins vertegenwoordigd. De religieschool (Zàwije) der einde 18de eeuw gestichte Senoessi-orde heeft alle macht en ongeveer allen grondeigendom aan zich getrokken
