Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

Gepubliceerd op 11-04-2022

cybercrime

betekenis & definitie

(zelfstandig naamwoord)

[ict] internetmisdaad, webcriminalitteit, computercriminaliteit

- De Duitse verdachte van internetmisdaad wordt uitgeleverd.
- De wet webcriminaliteit is te streng.
- De invallen vinden hun oorsprong in een internationaal onderzoek naar computercriminaliteit.
- We zijn bang voor internetcriminaliteit, maar maken er zelf een potje van.

< >