Werkwoorden vervoegen
nahijgen
Tegenwoordige tijd nahijgen
Ik hijg na
Jij hijgt na
hijg jij na?
U hijgt na
Hij/Zij/Het hijgt na
Wij hijgen na
Jullie hijgen na
Zij hijgen na
Verleden tijd van nahijgen
Ik hijgde na
Jij/U hijgde na
Hij/Zij/Het hijgde na
Wij hijgden na
Jullie hijgden na
Zij hijgden na
Voltooid deelwoord van nahijgen
nagehijgd
Tegenwoordig deelwoord van nahijgen
nahijgend