Werkwoorden vervoegen
asocialiseren
Tegenwoordige tijd asocialiseren
Ik asocialiseer
Jij asocialiseert
asocialiseer jij?
U asocialiseert
Hij/Zij/Het asocialiseert
Wij asocialiseren
Jullie asocialiseren
Zij asocialiseren
Verleden tijd van asocialiseren
Ik asocialiseerde
Jij/U asocialiseerde
Hij/Zij/Het asocialiseerde
Wij asocialiseerden
Jullie asocialiseerden
Zij asocialiseerden
Voltooid deelwoord van asocialiseren
geasocialiseerd
Tegenwoordig deelwoord van asocialiseren
asocialiserend