Padi - v. (ook paddi en padie geschreven) de rijst als graansoort, als plant: de padi wordt ruim een el hoog; de padi snijden; (de onontbolsterde korrels heeten gabah, de ontbolsterde beras);
—MESJE, o. (-s), waarmee de padi gesneden wordt;
—OOGST, m. (-en);
—SCHUUR, v. (
—schuren);
—SNIJDEN, o.;
—STROO, o.