v. rken), (oudt.) overrok, reisrok met wijde mouwen;
— (gew.) aardappelen met de kazak eten, ongeschilde gekookte aardappelen eten;
— (Zuidn.) zijn kazakke keeren, van politieke richting of meening veranderen. KAZAKKEERDER, m. (-s), (Zuidn.) iem. die van de eene partij naar de andere overloopt. KAZAKKEERDERIJ, v.