KAMERHEER, m. (-en), dienstdoende edelman van een vorstelijk huis, chambellan;
— (R. K.) dienstdoend geestelijke aan het pauselijke hof, kameraar;
— eervolle onderscheiding door den paus toegekend aan verdienstelijke geestelijken ook buiten Rome: eere-kamerheer, geheim kamerheer;
...HEERSCHAP, o. waardigheid van kamerheer.