Gepubliceerd op 12-09-2018

Halfjaar

betekenis & definitie

HALFJAAR, o. (...jaren), eene tijdruimte van zes maanden alle halfjaren lost hij een deel van die schuld af.

HALFJAARLIJKS, bw.,
...LIJKSCH, bn. om de zes maanden te betalen in halfjaarlijksche termijnen.
HALFJARIG, bn. van zes maanden een halfjarig veulen.

< >