DOORVLAMMEN, (vlamde door, heeft doorgevlamd), voortgaan met vlammen; door iets heen vlammen; terdege vlammen, overal vlammen geven, krijgen, maken; (gewest.) teekens op de hoornen zetten om zijn weg terug te vinden;
—, (doorvlamde, heeft doorvlamd), een wilde hartstocht doorvlamde zijn oog, deed zijn oog fonkelen;
— doorvlamd hout, met vlamvormige teekening.