CUL, m., cul de Paris, (thans uit de mode), kussentje om de dameskleederen van achteren te doen uitstaan;
— cul-de-sac, slop, keerweer, straat, of steeg zonder uitgang;
— (fig.) bewijsvoering waarbij men zich vastpraat;
— cul de lampe, vignet of sieraad aan het eind van een boek of hoofdstuk.