Gepubliceerd op 01-09-2018

Bordeel

betekenis & definitie

BORDEEL, o. (-en), huis waarin ontucht als bedrijf wordt uitgeoefend;

— een bordeel houden, het bedrijf van hoerenwaard of -waardin uitoefenen;
— (Zuidn.) een Spaansch bordeel, huis of vertrek waar alles in wanorde overhoop ligt, waar getier en geraas is;
— het is een krakeel, een oproer, een vischmarkt, een bordeel van klanken, wanordelijk gedrag, geschreeuw, enz.

< >