Aftorsen (torste af, heeft afgetorst), (zware voorwerpen) met moeite en met inspanning van krachten wegdragen: de werklieden waren bezig de afbraak van het terrein af te torsen;
— (zware voorwerpen) met moeite en groote inspanning naar beneden dragen: de knechts waren bezig de kisten van den zolder af te torsen.