Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Rechthuis

betekenis & definitie

o. (...huizen),

1. (bijb.) gebouw waarin de rechter recht spreekt: toen namen de krijgsknechten des stadhouders Jezus met zich in het rechthuis (Matth. 27 : 27);
2. (op het platteland) gemeentehuis ; thans nog wel als naam van hotels of herbergen, b.v. te Muiderberg.

< >