I. (drukte over, heeft overgedrukt),
1. met behulp van de drukpers op iets anders overbrengen: een verse afdruk op een steen overdrukken: — iets overdrukken in (of uit) een ander werk, daarin (of daaruit) overnemen;
2. boven de bepaalde oplaag, meer dan het bepaalde getal drukken: hij heeft 100 exemplaren overgedrukt voor present- en recensieëxemplaren;
3. opnieuw drukken: dit artikel uit ,,de Economist” is overgedrukt en afzonderlijk verkrijgbaar gesteld;
II. (overdrukte, heeft overdrukt), (w. g.) over iets drukken: hij heeft dat vel papier overdrukt.