Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Openstellen

betekenis & definitie

(stelde open, heeft opengesteld), geopend doen zijn, toegankelijk stellen, openzetten: ik stel mijn huis voor je open, je mag komen wanneer je wil; — de handel openstellen, gelegenheid geven om vrij en ongehinderd handel te drijven; — havens openstellen; fig.: zijn gemoed voor iets openstellen; — de gelegenheid tot iets openstellen, er gelegenheid toe geven; vand. ook de intekening, inschrijving openstellen e.d.

< >