Definities van Groot woordenboek der Nederlandse taal in de Ensie S
- Struispoeder, struispoeier
- Struisriet
- Struisvaren
- Struisveder, struisveer
- Struisvogel
- Struisvogelei
- Struisvogelmaag
- Struisvogelpark
- Struisvogelpolitiek
- Struisvogeltaktiek
- Struisvogelteelt
- Struisvogelveer
- Struiszakje
- Struivelen
- Struiven
- Struma
- Strumalijder, strumalijdster
- Strumpel
- Strunkelen
- Struweel
- Strychnine
- Strymon
- Stub(be)
- Stubbe
- Stubbelen
- Stubben
- Stuc
- Stucco-lustro
- Stucmarmer
- Stud
- Studeercel
- Studeerkamer
- Studeerlamp
- Studeervertrek
- Student
- Studentachtig
- Studente
- Studentenalmanak
- Studentenbal
- Studentenbaret
- Studentenbeweging
- Studentenblad
- Studentenbond
- Studentenclub
- Studentenconcert
- Studentencongres
- Studentencorps
- Studentendom
- Studentenfeest
- Studentengebruiken
- Studentengeest
- Studentengezelschap
- Studentengrap
- Studentenhaver
- Studentenhuis
- Studentenjaren
- Studentenjargon
- Studentenjool
- Studentenkamer
- Studentenkast
- Studentenkat
- Studentenkrant
- Studentenkring
- Studentenkroeg
- Studentenkruid
- Studentenleven
- Studentenlied
- Studentenliederboek
- Studentenmaatschappij
- Studentenmanieren
- Studentenmeid, studentenmeisje
- Studentenmuts
- Studentenmuziekgezelschap
- Studentenorganisatie
- Studentenpartij
- Studentenpater
- Studentenpet
- Studentenpoëzie
- Studentenpretje
- Studentenrelletje
- Studentenroeivereniging
- Studentenroeiwedstrijd
- Studentensociëteit
- Studentenstad
- Studentenstreek
- Studententaal
- Studententafel
- Studententijd
- Studententijdschrift
- Studententoneel
- Studententype
- Studentenverbond
- Studentenvereniging
- Studentenvolk
- Studentenweekblad
- Studentenwereld
- Studentenzang
- Studentenzangboek
- Studentenzangvereniging
- Studentikoos