Definities van Typisch Vlaams woordenboek in de Ensie F
- fabrieksschouw
- fabrikeren
- facteur
- facturatie
- faculteitskring
- fameus
- familiaal
- familiale helpster
- familiale verzekering
- familie van het zevende knoopsgat
- familiehulp
- farce
- farde
- feesteling
- felgesmaakt
- fermette
- fezelen
- fier
- fietsspeld
- fietszoektocht
- fijnkost
- fikfakken
- filet d'Anvers
- filet pur
- filterblokkade
- finaal
- finaliseren
- finaliteit
- finissage
- firmawagen
- fit-o-meter
- flan
- flandrien
- flanellen benen hebben
- flets
- fleuris
- flik
- floche
- flodderen
- floeren
- florist
- flou
- fluitenier
- fluitjesbier
- fluohesje
- fluostift
- foefelaar
- foefelen
- foert
- foertstem
- folie
- fondant
- fonoplaat
- foor
- foorkramer
- forfait geven
- forfaitcijfers
- forsballen
- forsig
- frak
- frangipane
- Frans brood
- Fransdol
- franskiljon
- frazelen
- frein
- fretten
- fricandon
- fricassee
- frietketel
- frietkot
- frigo
- frigobox
- frigoboxtoerist
- frisco
- friturist
- frituur
- frontpagina
- froufrou
- fruitpap
- fruitsap
- frul
- frullen
- fuif
- fuifnummer
- functionaris
- funerarium
- fusee
- fusioneren
- fysiotherapeut
- fysische inspanning
