Definities van Typisch Vlaams woordenboek in de Ensie K
- kloeg
- kloklezen
- klokvast
- klontjessuiker
- kloterij
- kmo
- knalprestatie
- knelpuntberoep
- knolselder
- knook
- knop
- KNT
- koek van één deeg zijn
- koeken
- koeltoog
- koer
- koers
- koersauto
- koersfiets
- koerspaard
- koffie maken
- koffieklets
- koffiekoek
- kogelpen
- koleriek
- kolerig
- kom
- kom maar eens af
- komaf maken met iets
- komt dat tegen
- koninginnenhapje
- koningswens
- konsoorten
- kookgerief
- kookpot
- kookvuur
- koolmijn
- koolput
- koorts maken
- kop of letter
- kopbrekens
- kopen op de poef
- kopen/verkopen aan een prijs
- kopman
- koppel
- koppigaard
- kopstem
- korte drank
- kortelings
- kortfilm
- kortgeding
- kortverhaal
- kost
- kost en inwoon
- kost wat kost
- kostelijk
- kot
- kotbaas
- koterij
- kotgenoot
- kotmadam
- kotstudent
- kou hebben
- kousenbroek
- kozijn
- kraaknet
- kraantjeswater
- krabber
- krachtbal
- kramiek
- krantenwinkel
- krasselen
- kravat
- kredietkaart
- kribbe
- kribbelen
- kriekelaar
- kriepen
- kringwinkel
- kroezelhaar
- kroostrijk
- krot en compagnie
- kruidnoot
- kruidtuin
- kruim
- kruislicht
- kuisen
- kuisgerief
- kuisvrouw
- kunstpatrimonium
- kursaal
- kus mijn kloten
- kusjesdans
- kwaad opzet
- kwade klant
- kwakkel
- kwart na zes
- kwartuur
- kwatong
- kwestie van
