Gepubliceerd op 30-07-2020

Opsnijden

betekenis & definitie

pochen, grootspreken, snoeven (Fr. craquer); in Groningen: zieh in het oog vallend zwierig kleden, van vrouwen. Ook in het Hd. kent men aufschneiden in de zin van snoeven, waarvan Borchardt n° 70 zegt: „Früher sagte man deutlicher: mit dem grossen Messer aufschneiden, wenn einer „starke Stücke” auftischte, und noch heute schimmert die richtige Auffassung durch in dem Ausruf: der schneidet aber auf! Auf einem fliegenden Blatt von 1621: „Lucifer entsendet einen Teufel aus der Hölle auf die Welt, ein grosses Messer alda einzukaufen, damit man weidlich aufschneiden könne.” Uit de oorspr. bet. grote stukken (brood, vlees) voorsnijden, opdissen, vloeide derhalve die van royaal zijn, de heer uithangen, snoeven, pochen voort; deze verklaring vindt steun in de uitdr. met de brede bijl erin hakken, dat volgens Van Winschoten, bl. 25 oneig. betekent: ruim te werk gaan, geweldig opsnijden; vgl. het Eng. to cut it (too) fat, opsnijden, en onze uitdr. de kaas snijden (met hompen). Synoniem was opgeven en vgl. thans ophakken en ophakker, dat zeker in navolging en als versterking van opsnijden is gevormd.

< >