Definities van Prisma Groot Woordenboek Nederlands in de Ensie B
- bewind
- bewindsman
- bewindspersoon
- bewindsvrouw
- bewindvoerder
- bewogen
- bewolken
- bewolking
- bewolkt
- bewonderaar
- bewonderen
- bewonderenswaardig
- bewondering
- bewonen
- bewoner
- bewonerskaart
- bewoning
- bewoog
- bewoonbaar
- bewoond
- bewoonster
- bewoordingen
- bewust
- bewusteloos
- bewustheid
- bewustzijn
- bewustzijnsinhoud
- bewustzijnsvernauwing
- bewustzijnsverruimend
- bewustzijnsverruiming
- bezaaien
- bezaan
- bezaansmast
- bezadigd
- bezatten
- bezegelen
- bezegeling
- bezeilen
- bezem
- bezembinder
- bezemen
- bezemsteel
- bezemstruik
- bezemwagen
- bezeren
- bezet
- bezeten
- bezetene
- bezetten
- bezetter
- bezetting
- bezettingsgraad
- bezettingsstaking
- bezettingszone
- bezettoon
- bezichtigen
- bezield
- bezielen
- bezieling
- bezien
- bezienswaardig
- bezienswaardigheid
- bezig
- bezigen
- bezigheid
- bezigheidstherapeut
- bezigheidstherapie
- bezighouden
- bezijden
- bezingen
- bezinken
- bezinksel
- bezinnen
- bezinning
- bezit
- bezitloze
- bezitneming
- bezitsactie
- bezitsvorming
- bezittelijk
- bezitten
- bezitter
- bezitterig
- bezitting
- bezocht
- bezoedelen
- bezoek
- bezoekdag
- bezoeken
- bezoeker
- bezoeking
- bezoekrecht
- bezoekregeling
- bezoekuur
- bezoldigen
- bezoldiging
- bezon
- bezondigen
- bezonken
- bezonnen