Gepubliceerd op 21-06-2017

Drees

betekenis & definitie

van - trekken

een ouderdomsuitkering ontvangen. Drees(geld) bet. dan ‘ouderdomsuitkering’. Genoemd naar de Nederlandse staatsman Willem Drees (1886 -1988). Als premier (van 1948 tot 1958) was hij erg populair, vooral vanwege de zgn. Noodwet, ook wel ‘het wetje van Drees’ genoemd, die zich tot doel stelde de ouden van dagen een staatspensioen te geven. De Noodwet werd in 1947 door de Eerste Kamer aangenomen en was oorspr. slechts voor driejaar bedoeld. Niette-min bleef zij van kracht tot 1958. De uitdr. is teg. verouderd, maar voor veel ouderen is trekken van Drees nog steeds een begrip.

Ik trek van Drees, meneer, plus Bijstand, dus dan weet u het wel: reizen kun je er niet van, nog niet naar je graf. (Henri Knap: Rijdt u ook zo auto?, 1953)

Hij had veertien gulden pensioen gevangen waar wat toen nog ‘me Drees’ werd genoemd een mager sommetje bovenop stapelde... (Simon Carmiggelt: De kuise drinker, 1990, oorspr. in: Het Parool, 11/10/72)

Hoewel hij al jaren van Drees trok, werkte hij nog steeds bij de boer. (Koos van Zomeren: Een jaar in scherven, 1988)

Begin volgende eeuw wordt het, net als in 1950, gewoon weer ‘trekken van Drees’. (De Volkskrant, 05/10/91)

< >