De schuif waarmee je op de mengtafel in een studio het volume regelt.
Elke fader is voorzien van een schaal die de decibellen aangeeft van +10 tot onhoorbaar. Hoe groter de schaalverdeling hoe nauwkeuriger de controle en hoe verfijnder de technicus het muzikale materiaal van de verschillende kanalen kan mixen. Met een fader maak je handmatig een fade in (langzaam aanzwellend volume) en een fade-out (langzaam wegstervend geluid). Als het te bewerkelijk wordt om de verschillende faders tegelijk te bedienen wordt er een subgroep gemaakt van meerdere sporen, waarna met één fader het volume van die groep te regelen is.
Zie ook: Fade in, Fade out
