frequ. van woeken („door het woeken om rijkdom”), van den Germ. wt. wak = ontstaan, dragen, vóórtbrengen ; verwant met den Idg. wt. wog = bedrijvig zijn (zie Wekken), en daardoor: iets verkrijgen, zijn bezitting vermeerderen; verwant is dan ook den Idg. wt. aug = vermeerderen, zie Oogst, Ook. Het woord woeker w. d. z.: vermeerdering, verdienste, winst, vgl. woekeren (van onkruid), voortwoekeren. Thans heeft woeker het bijbegrip: te groote winst.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk