was in alle Germ. talen oorspr. de punt van een speer (op de Veluwe heet een soort van kleine zeis nog oord); later: een punt, een plaats, een hoek, in de ruimte. Er bestond vroeger een muntje, dat door een kruis in vier „oorden” = hoeken was verdeeld ; één oord was dus het 4e deel; daaruit ontstond een oordje (geschreven: oortje: zijn oortje versnoepen) =¼ stuiver (dus 2 duiten); een oord = ¼ kan : een oord of pintje raapolie.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk