Gepubliceerd op 14-02-2019

Petrus van der velde(n)

betekenis & definitie

Petrus van der Velde(n) geb. Rotterdam 5 mei 1837, overl. Christchurch (Nw-Zeeland) 1915.

Werkte in Rotterdam tot 1868, Berlijn tot 1869, Dordrecht 1870, Rotterdam van 1870 tot 1874, Den Haag, Wassenaar tot 1884, Den Haag tot 1885, Noordwijk 1888, van ca. 1892 af in NwZeeland. Leerling van de Rotterdamse en Berlijnse Akademies v. B.K. Vormde zich verder zelf.

Interieur- en figuurschilder, tevens steentekenaar en steendrukker. Gaf les aan D. J. R. Jordens, S. Robertson en G. G. Schenck.

Tentoonstellingen Amsterdam, Den Haag, Rotterdam enz. 1862-1893: begrafenissen op het eiland Marken; dubbelblank; moedersmart; gezicht op de "Leuvehaven te Rotterdam; riviergezicht bij Dordrecht; het onweer; het gebed vóór de maaltijd; boerenherberg in het Gooi; de cellist; buurpraatje op het eiland Marken; interieur bij kaarslicht; in de duinen; enz. Rijksmuseum Amsterdam: boer en boerin spelen een partijtje domino in een herberg (dubbelblank). Museum Dordrecht: herenportret. Haags Gemeentemuseum: de oude cellist; vissersbuurt bij avond (aquarel). Museum te Groningen: de roker (aquarel). Gemeentearchief Rotterdam: twee tekeningen. Museum Boymans-van Beuningen Rotterdam: portret van een man; portret van een dame.

Kunstkronijk 1858 (blz. 38); 1877 (blz. 78); Luns; Marius; Plasschaert; Scheen; Thieme-Becker; Waller; Wurzbach.

< >