Gepubliceerd op 14-02-2019

Hendrik van cranenburg(h)

betekenis & definitie

Hendrik van Cranenburg(h) geb. Amsterdam 13 januari 1754, overl. Amsterdam maart 1832.

Leerling van P. Barbiers I. Heeft landschappen geaquarelleerd, maakte omstreeks 1782 een studiereis naar Duitsland (Münster), huwde in 1784 en werd kassier bij een bankkantoor. Heeft daarna alleen in zijn vrije tijd enkele tekeningen vervaardigd en beoefende het waaierschilderen (waterverf).

Heeft ook nog kans gezien verschillende schilderwerken van de oude meesters te kopiëren. Museum Fodor Amsterdam: 2 aquarellen met afbeeldingen van houten huizen aan de Nieuwendijk te Amsterdam.

Kramm; Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek I; Scheen: Thieme-Becker: Wurzbach.

< >