Gijsbertus Johannes van den Berg geb. Rotterdam 1 november 1769, overl. Rotterdam 4 september 1817.
Leerling van J. Z. Prey. Maakte studiereizen naar Antwerpen, Dusseldorf en Mannheim, waar hij naar oude meesters kopieerde.
Naderhand naar Rotterdam teruggekeerd (1790), legde hij zich toe op het schilderen van miniatuurportretten; tekende ook portretten in zwart- en roodkrijt. Werd te Rotterdam aangesteld als corrector van het Tekengenootschap. Gaf les aan C. Ouboter van der Grient en G. de Meijer.
Tentoonstelling van portretminiaturen te Rotterdam in 1910: ongeveer 25 miniaturen in waterverf, bijna alle op ivoor, w.o. gem. G: VD: Berg 1791; G.J. van den Berg fecit 1791: v.D.B.f. 1792; B. VD B: 1793; G:V:B 179(7). Museum Boymans-van Beuningen Rotterdam: de schilder zittend voor een ezel (gem. G. J. van den Berg fecit 1794); portret van de echtgenote van de schilder met hun zoontje J. E. J. van den Berg. Rijksprentenkabinet Amsterdam: portret (tekening). Rijksprentenkabinet Leiden: enige tekeningen. R.K. kerk te Oud-Ade: pastoorsportret, miniatuur (gemerkt: V. D. B. 1806); Stedelijk Museum De Lakenhal Leiden: twee damesportretjes (miniaturen).
Immerzeel; Kramm; Mon. v. Gesch. en Kunst VII (1944); Scheen; Thieme-Becker; Van Hall I; Wurzbach.