Gepubliceerd op 21-02-2019

Gerhardus theodorus hofs

betekenis & definitie

Gerhardus Theodorus Hofs (‘Gerard’) geb. Wisch 1 juli 1874, overl. Blaricum 16 september 1952. Woonde en werkte in Amsterdam, Blaricum tot 1931, Amsterdam tot 1933, Velsen tot 1937, Bussum 1937, Huizen (N.H.) tot 1938, daarna in Blaricum.

Leerling van de Rijksakademie te Amsterdam (1901-1904), etslessen van P. Dupont. Werkte op het atelier van D. H. van der Poll (1900-1906). Aanvankelijk opgeleid voor onderwijzer en als zodanig in functie tot 1900.

Schilderde, tekende en etste stillevens, landschappen (kasteel), koppen en zelfportret (tekeningen), reeksen naaktstudies, pastels (w.o. een dame) enz. Was lid van ‘Arti et Amicitiae’ te Amsterdam. Gaf les aan J. L. van Noord.

Werk in het Singer Museum Laren (N.H.).

Luns; Mak van Waay; Plasschaert; Waller.

< >