La rochefoucauld (françois de) - geboren en overleden te Parijs (1613—80), deed reeds zeer jong zijn intrede in de hooge wereld en ontving dââr zijn eigenlijke opvoeding. Hij behoorde tot de tegenstanders van Richelieu en Mazarin. Ergernis, eigenbelang en galante avonturen I maakten, dat hij zich bij de „Fronde” aansloot. In het bekende gevecht bij de Porte Saint-Antoine werd hij gewond.
Na de overwinning van de hofpartij vertrok hij eerst naar het buitenland en trok zich daarna terug op zijn landgoed. In 1666 kwam hij naar Parijs, waar hij de gunst van Lodewijk XIV nooit kon verwerven. De omgang met de groote wereld en de vriendschap, die hij van de markiezin de Sablé en Mme de La Fayette ondervond, waren hem een troost. — Zijn roem heeft hij te danken aan zijn in 1664 verschenen Réflexions ou Sentences et Maximes morales, kortweg Maximes genoemd, waarvan gedurende zijn leven verscheidene, telkens verbeterde en vermeerderde uitgaven het licht zagen. Het werk is allengs ontstaan in het salon van Mme de Sablé, waar de „maximes” in de mode waren, en werd onderworpen aan het oordeel van de geregelde bezoekers. Het bevat, zooals Voltaire zegt, maar één waarheid : „Onze deugden zijn meestal niet anders dan verkapte ondeugden”, een uitspraak, die men ook reeds bij Montaigne en Pascal aantreft. — Alles wordt door L. R. herleid tot eigenbelang; hij ziet in den mensch slechts egoïstische instincten en in de samenleving een aaneenschakeling van wederzijdsche bedriegerijen.
Nu en dan, ongetwijfeld onder den invloed van zijn intieme vrienden en vriendinnen, verzacht hij zijn uitspraken door toevoegingen als: „somtijds”, „bijna altijd” of „meestal”. — Gewoonlijk wordt het pessimisme van L. R. toegeschreven aan de teleurstellingen, die hij in de eerste helft van zijn leven ondervond, of aan zijn melancholie, of aan de intrigues en laagheden, waarvan hij in den tijd van de „Fronde” getuige was. Men dient evenwel in ’t oog te houden, dat de andere moralisten van de 17de eeuw in hun ongunstig oordeel over den mensch overeenstemmen met L. R. Het eenig verschil is, dat hij systematisch te werk gaat en volkomen buiten den invloed van de Christelijke ideeën staat. — Ondanks een zekere gezochtheid, een zekere „preciositeit”, is L. R. één van de beste Fr. schrijvers. Kleurrijke visies zal men te vergeefs bij hem zoeken; hij" is geen schilder; het verstandelijke heeft bij hem den boventoon, hij is een „intellectueel”, die zijn sierlijken, beknopten, vlijmend scherpen stijl met de grootste nauwlettendheid verzorgt. — De Mémoires van L. R. verschenen in 1662. Zij zijn van belang voor de kennis van de samenleving in de 17de eeuw en voor die van het leven van den schrijver. Bewonderenswaard is de scherpe blik van den moralist, die de dwaasheden en ondeugden van zijn tijdgenooten weet te ontdekken, de geheime drijfveeren van den mensch opspoort en onvermoeid onderzoek doet naar hetgeen er achter de schermen gebeurt. — Zie: J. Bourdeau, La Rochefoucauld (Coll, des grands écrivains franç.) (Parijs 1895); Grappe, La Rochefoucauld (Parijs, Plon, 1914); R. Grandsaigues d’Hauterive, Le Pessimisme de La Rochefoucauld (Parijs, Colin, 1914).