Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Koperertsen

betekenis & definitie

Koperertsen. - Onder de k. nemen de rijke, voor een aanzienlijk gedeelte uit koper bestaande, mineralen slechts een ondergeschikte plaats in. Al het k. van de wereld wordt nagenoeg gewonnen uit ertsen, die slechts enkele procenten k. bevatten. Enkele belangrijke vindplaatsen, gerangschikt naar de vermoedelijke ontstaanswijze, zijn:

1) Zulke nauw verbonden met een basisch stollingsgesteente: Sudbury Canada; het erts is hier een koper- en nikkelhoudende pyrrhotien met gemiddeld in 1917 1,5% koper; het treedt op als magmatische uitscheiding van een noriet. — 2) Koperhoudende pyrietmassa’s van onregelmatigen en zeer uiteenloopenden vorm te midden van formaties van verschillenden ouderdom; de ertsen bevatten zelden meer dan 2 a 3% koper, soms bovendien wat goud: Fahlun, Röros, Sulitjelma, Bodenmais, district van Huelva (Rio Tinto). De laatste vindplaats vooral is van beteekenis; zij is reeds in de oudheid ontgonnen en sedert de heropening, een halve eeuw geleden, de grootste koperproducent van Europa geworden. Een deel der ertsen bevat zóó weinig koper, dat dit niet gewonnen kan worden en de ertsen alleen als zwavelertsen bruikbaar zijn. Voor het overige is het gehalte 1-3% koper en weinig edele metalen: per ton 25-30 gr. zilver, 800 m.gr. goud. Het kopergehalte neemt naar de diepte af. — 3) Gangen in rechtstreekschen samenhang met zure en middelbare stollingsgesteenten; in Europa o. a. de ertsen van Zevenburgen, in Azië die van de provincie Yannan, minder om de tegenwoordige productie dan om de historische beteekenis en den mogelijken opbloei in de toekomst van belang; in Amerika, de ertsen van Butte en Anaconda in Montana, een tijdlang Amerika’s rijkste koperdistrict; het gebied bestaat uit kwartsmonsoniet en pyroxeengraniet, doorsneden door gangen en stroomen van apliet en lipariet: pyriet, chalkopriet en enargiet vormen met kwarts de oorspronkelijke gangvulling. Deze is tot op een diepte van 150 tot 200 M. geheel vervangen door een oxydatie- en cementatiezone; de ertsen der oxydatiezone bevatten niet meer dan 1% koper, echter dikwijls veel zilver; de ertsen der cementatiezone: borniet, chalkosien, tetraëdriet waren rijk aan koper. Dit verklaart de geleidelijke daling van het koper-gehalte der ertsen in den loop der jaren 15% in 1877 tot 2,83% in 1906. — 4) Op het contact van kalksteenen met stollingsgesteenten, een veel verbreid type, waartoe o. a. behooren de ertsen van Arizona, het meest productieve koperdistrict van de wereld, dat in 1917 312.000 ton koper voortbracht, ongeveer ⅕ van de geheele wereldproductie en meer dan 2 maal zooveel als Montana, dat na Michigan een tijdlang aan de spits der Amerikaansche Staten gestaan heeft. Bekende mijnen zijn hier de Copper Queen mine en de Calumet and Arizona, beide te Bisbee, de New Cornelia te Ajo, de Miami Copper Co en Ray Consolidated.

De onzuivere kalksteenen zijn op het contact met monsoniet geheel hervormd, zoodat de ertsen, bestaande uit pyriet, sulfidische koperertsen en magnetiet begeleid worden door granaat, epidoot, enz. — 5) Gangen van zuren oorsprong; dikwijls samen met tin, kobalt en andere metalen, de combinatie van tin en koper is uit de beide klassieke tinlanden Saksen en Cornwall bekend; ook in Bolivia vergezellen de beide metalen elkaar; kobalt en koper komen samen o. a. voor in Transvaal. In andere gangen met kwartsvulling wordt het koper door lood vergezeld zoo bijv. in het gebied van Freiberg, in den Harz. — 6) Gangen van chalkopyriet, tetraëdiet of enargiet met sideriet en bariet als begeleider bijv. in het Siegerland. — 7) Gedegen koper van het Lake Superior, Michigan; dit district was langen tijd de grootste koperproducent van de wereld; tot het werd overvleugeld, eerst door Montana, later beide tezamen door Arizona. De belangrijkste mijnen, waarvan de Calumet en Hecla de meest bekende is, liggen op het schiereiland Keweenaw. Het gedegen koper komt er behalve in gangen van minder belang voor als cement van zandsteenen en conglomeraten en als impregnatie in melafyren met blaasholten. Tot op de grootste diepten, welke de mijnbouw hier bereikt heeft 2000 M., tevens de diepste mijnen van de wereld, bleef het karakter van de afzetting onveranderd.

Elders op aarde pleegt het gedegen koper beperkt te zijn tot de cementatiezone. Al is het bezwaarlijk om een atmosferische inwerking te veronderstellen tot op zoo groote diepte, zoo zien vele onderzoekers zich toch verplicht in dit geval daartoe te besluiten, omdat andere verklaringswijzen van het ontstaan dezer ertsen op nog grooter onwaarschijnheden stuiten. Het koper wordt vergezeld door zilver; groote klompen gedegen metaal zijn voorgekomen, maar het gehalte van alle verwerkte ertsen is zeer laag, van vele mijnen weinig meer dan 1%. — 8) Koperertsen in bezinkingsgesteenten; bij dit type is bezwaarlijk onderscheid te maken tusschen de afzettingen, waarbij het koper tegelijk met het gesteente afgezet werd en die, waarbij het later toegevoerd werd; het meest bekende voorbeeld leveren de koperleien van Mansfeld met 2,8% koper en 560 gram zilver per ton. Zij worden reeds sedert geruimen tijd ontgonnen en leveren nog steeds 20.000 ton koper en 60 ton zilver per jaar.

< >