Goch - (Johannes van), eigenlijk Johann Pupper of Capupper, geb. ca. 1400 te Goch en vandaar zoo geheeten, was prior van het in 1451 door hem gestichte Augustijner prioraat Tabor bij Mechelen en overl. 1475. Als mysticus was hij zeer gekant tegen de philosophie, inzonderheid tegen de scholastiek, ijverde hij tegen de werk-heiligheid en legde hij den nadruk op het geloof, door de liefde werkzaam. Terwijl hij den nadruk legde op de evangelische vrijheid en het noodig achtte, dat de theologie zich beriep op de H. schrift, hield hij toch in de verklaring daarvan zich vast aan de autoriteit der Kerk en schatte het priesterschap en het reine leven der orde hoog.
Zie over hem : Knaake, Joh. von Goch (Studiën und Kritiken 1891); Clemen, Johann Pupper von Goch, Leipz. 1896; Ullmann, Reformatoren vor der Reformation (Bd. J, 2. Aufl., Gotha 1866).