Doma

betekenis & definitie

Doma - Eenheidsvorm der kristallen, waarmee in de oudere nomenclatuur prisma’s worden aangeduid, waarvan de vlakken evenwijdig zijn aan één der beide niet-vertikale assen; zij worden naar deze assen onderscheiden in de rhombische en trikline stelsels als brachyen makrod., in het monokline stelsel, als klinoen orthod. In de nieuwere nomenclatuur duidt de naam een dakvorm aan, een elkaar snijdend vlakkenpaar; zij worden onderscheiden als de Ie, 2e, 3e en 4e soort, al naargelang de snijlijn der beide vlakken evenwijdig loopt aan de eerste, tweede of derde as of niet evenwijdig is aan een as.