Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 06-12-2018

Bohemerwoud

betekenis & definitie

Bohemerwoud - Grensgebergte tusschen Bohemen en Beieren, dat zich uitstrekt van de laagte van Vielgereuth (Egerdal), tot ongeveer de grens tusschen Oostenrijk en Bohemen, waar het bij het Oostenrijksche granietplateau aansluit. De lengte bedraagt ± 200 K.M. Op een breede basis verheffen zich een aantal N.W.-Z.O. loopende vlak gewelfde hoogtenreeksen, samengesteld uit breede, afgeronde, schildvormige koppen, die komvormige dalen insluiten. De pas van Taus (of Fürth) waardoor de spoorweg Praag-Neurenberg gaat, verdeelt het B. in een Noordelijk deel, het Oberpfälzer-wald, dat grootendeels uit gneiss bestaat (hoogste top de Cerkov, 1037 M.); en een Zuidelijk deel, waarin graniet de hoofdrol speelt. In het laatste loopen twee ketens parallel, die gescheiden worden door het lengtedal van de Regen; de Westelijke keten heet Beiersche Woud of Vordere Wald (toppunt Dreitannenriegel, 1216 M.), de Oostelijke Hintere Wald.

In het laatste komen talrijke toppen voor boven 1300 M., b.v. de Rachel, 1452 M. en de Arber, 1458 M. — Het grootste gedeelte van het gebergte is met dichte wouden bedekt, waar alleen de hoogste toppen boven uitsteken. Het B. is dun bevolkt (± 50 per K.M.2), een groot deel van de bewoners leeft van de glasindustrie.

< >