(mv. Batsonga), Bantoe-negervolk in Mozambique, Zuid-Afrika en Zimbabwe (Rhodesië).
De Tsonga (2,5 mln.) zijn nauw verwant met de Shona. Hun taal behoort tot de zuidoostelijke Bantoetalen. De Tsonga zijn sterk beïnvloed door de Ngoeni, o.m. door de, voor een deel der Tsonga tot het eind van de 19e eeuw voortdurende, overheersing door de Zoeloe. De Tsonga is een landbouwend volk (millet, maniok en bonen). Ca. een derde deel van de Tsonga is christen, de rest hangt nog hun traditionele godsdienst aan. Velen werken in de industrie in Zuid-Afrika. T-stuko. (-ken), T-vormig constructiedeel, m.n. zo’n koppelstuk of koppelbuis.