plantengeslacht uit de familie Loganiaceae, met ca. 150 soorten heesters, bomen of lianen (met spiraalvormige ranken), in alle tropen inheems. De bladeren zijn 3—5-nervig, leerachtig.
Vrucht besachtig, vaak met harde dop. Wortel en zaad zijn bij de vele soorten zeer giftig (bevatten vnl. de alkaloïden strychnine en brucine), maar er zijn ook niet-giftige soorten. Zaden plat. Zaden van Strychnos ignatii (‘braaknoten’, in tropisch Zuidoost-Azië) vormen een grondstof voor strychninebereiding. Zuidamerikaanse soorten leveren het pijlgif curare (b.v. S. toxifera en S. castebuaei).S.colubrina levert slangehout.