m. (-jeden), een tot de poolhonden behorende keeshond met een witte vacht.
De samojeed is een Russisch ras, dat oorspronkelijk bij de Samojeden werd aangetroffen. Het ras behoort tot de Noordelijke spitshonderassen. De samojeed is een middelgrote hond met opstaande oren en een krulstaart die over de rug gedragen wordt. Schouderhoogte: 45—52 cm. De hond heeft een wigvormige kop met brede schedel, een sterke hals, rechte rug en sterke poten. De beharing is lang en recht met een dichte ondervacht.
De samojeed werd vanouds gebruikt als sledehond, maar ook voor de jacht en voor het hoeden van rendieren. Het karakter is goed.
