[Fr.] (rangeerde, heeft gerangeerd),
1. treinen splitsen en opnieuw samenvoegen;
2. (wederk.) een ordelijk en geacht mens in de maatschappij worden of zijn: hij is nu gerangeerd.
Bij reizigerstreinen bestaat het rangeren uit het overbrengen van materieel van opstelsporen naar perronsporen, het verwisselen van locomotief enz.; bij goederentreinen komt het neer op het plaatsen en ophalen van wagens en het rangschikken van wagens naar hun bestemmingen. Er zijn speciale rangeerstations op knooppunten in het goederenvervoer, waar de wagens van een op een aankomstspoor binnengekomen trein door een rangeerlocomotief op een uithaalspoor worden getrokken en vervolgens door afstoten of heuvelen worden verdeeld over een aantal waaiersporen, zodat de voor een bepaalde richting bestemde wagens van een waaierspoor als nieuwe trein kunnen worden overgebracht naar een vertrekspoor.
