v./m. (en), Athalia rosae, een 8 mm lange, geeloranje bladwesp, waarvan het wijfje eieren legt op bladeren van koolraap, knollen en mosterd.
(e) De bastaardrupsen die zich uit de eieren van de knollebladwesp ontwikkelen, vreten de bladeren tot op de nerven af. Als zij volwassen zijn, dan kruipen zij in de grond om te verpoppen. In aug. kan een tweede generatie te voorschijn komen. De schade door vraat kan zeer groot zijn.