[Arab. kubus], islamitisch heiligdom te Mekka. Het grondvlak van de Ka’ba is een onregelmatige rechthoek.
De hoeken wijzen ongeveer naar de windrichtingen. De Ka’ba heeft geen vensters. In het midden is een deur. Binnen zijn drie houten zuilen en een marmeren vloer. De vier buitenwanden zijn elk met een donker tapijt bekleed. In de oostelijke hoek zit de befaamde zwarte steen, die door het vele betasten en kussen enigszins is uitgehold.
Aan de westhoek zit een heilige witte steen. Reeds vóór de islam was de Ka’ba een Arabisch heiligdom. Mohammed wilde het eerst niet erkennen, maar maakte er later een islamitisch heiligdom van. Volgens de koran is de Ka’ba op bevel van Allah gebouwd door de profeet Ibrahim en diens zoon Ismail. De Ka’ba werd het centrum van de islamitische bedevaart (➝hadj), is herhaaldelijk (de laatste keer in 630) verwoest en telkens weer zo veel mogelijk uit het oude bouwmateriaal opgetrokken.LITT. E. Esin, Mekka und Medina (1964).