v., aandoening van de bijschildklieren, waarbij een overmaat aan parathormoon wordt gevormd.
(e) Bij hyperparathyreoïdie bestaat er meestal een (goedaardig) gezwel van één of verscheidene bijschildklieren. Deze aandoening kan ook secundair aan een chronische nieraandoening optreden. De aandoening leidt tot een stijging van het calciumgehalte in het bloed en een verhoogde calciumuitscheiding in de urine, waardoor er een verhoogde kans op niersteenvorming bestaat. Minder frequent is het optreden van een skeletaandoening, die tot lokale ontkalking leidt. Ook bestaat er een verhoogde kans op het optreden van een →ulcus pepticum.